preheader-website
header-website1

Aanhoudend klinisch effect van subcutane graspollenimmunotherapie door allergeenspecifieke basofielendesensitisatie

Uit resultaten gepresenteerd tijdens het EAACI 2013 congres blijkt dat graspollen- immunotherapie allergeenspecifieke basofielendesensitisatie induceert. Dit effect blijft aanwezig na het stoppen met de therapie en kan zorgen voor een langdurige klinische tolerantie.

Het langetermijneffect van subcutane immunotherapie (SCIT) met graspollen op de basofiele allergeenspecifieke respons is tot op heden nog niet volledig duidelijk. In de gepresenteerde studie onderzochten Zidarn et al. de rol van deze cellulaire factor in de inductie van tolerantie na het staken van SCIT-therapie. Hiertoe werden de basofiele CD63-respons en een aantal humorale markers geëvalueerd bij 20 personen met graspollenallergie die behandeld werden met SCIT. Het concentratieniveau van deze markers werd bepaald bij aanvang van de behandeling en na de opbouwfase van de graspollen-SCIT therapie. Dit deed men voorafgaand aan het eerste pollenseizoen en 1 tot 2 jaar nadat de patiënten 3 tot 5 jaar SCIT toegediend hadden gekregen. Daarnaast evalueerde men in de studie ook de incidentie van seizoensgebonden symptomen en het gebruik van medicatie.

Uit de studie bleek dat 1 tot 2 jaar na het stoppen van de SCIT-behandeling de desensitisatie van de basofiele allergeenspecifieke respons en de klinische tolerantie werd behouden. Verder toonde men aan dat dit effect gemedieerd wordt door IgG antilichamen.

Referentie

M. Zidarn, M. Kosnik, M. Silar et al. Sustained effect of grass pollen subcutaneous immunotherapy on desenzitation of allergen specific basophil response. Presented at EAACI 2013. Abstract 47.

Spreker Mihaela Zidarn

zidarn

Mihaela Zidarn, MD,
University Clinic for Pulmonary and Allergic Diseases Golnik, Golnik, Slovenia

 

Zie: Keyslide

Back to Top